dinsdag, februari 27, 2007
Donderdag 22/2 tot zondag 25/2: Natuurparken en dwergpinguins
Donderdag reden we van Lakes Entrance richting Wilson promotory national park. Het was een lange rit, maar onderweg bezochten we een vogelreservaat en zochten verfrissing in de zee. `s Avonds BBQ-den we op een rest area in Yanakee met alles erop en eraan. Vrijdagmorgen reden we dan het park binnen en maakten een wandeling naar 1 van de prachtige afgelegen baaien. Hier snorkelden we wat en speelden in de golven. Bij een spelletje onderbroek werpen (om ze eens uit te wassen:-), wonnen de golven en verdween mijn onderbroek naar de diepere delen van de oceaan...(dank u Tom) Nadien stapten we terug naar ons buske om te pick nicken. Hierbij kregen we gezelschap van enkele schooiende parkieten. Ze kwamen zelfs op onze schouder zitten om een stukje mee te eten. Als dank kregen Jakke en ik een ander geschenkje op onze schouder... stank voor dank... Na de middag beklommen we de Mount Oberon (558m) en zaten we zelfs boven de wolken. Bij het afdalen zagen we onze eerste grote slang op Australische bodem.
De volgende morgen reden we naar Philips eiland. Een klein eilandje zo`n 120km van Melbourne. Het eiland is gekend omdat het de grootste kolonie aan fairy pinguins bezit (de kleinste pinguinsoort). Elke dag na zonsondergang komen honderden dwergpinguins na een dagje jagen terug aan land op hetzelfde strand. Ook ligt er voor de kust een klein rotseilandje (Seal Rock) met de grootste zeehondenkolonie van Australie (zo`n 18000 stuks). Omdat we pas redelijk laat aankwamen, moesten we deze ontmoetingen wel nog een dagje uitstellen. Gelukkig moest er wel nog iets anders gevierd worden. Jakke was die dag 1 jaar samen met zijn liefste vriendinnetje Melissa. Tom en Kim hadden via haar de opdracht gekregen om eens lekker te koken voor hem (en ook een beetje voor mij). Het was ongelooflijk lekker en meer dan genoeg. Zeker omdat we ons niet aan een dessert verwacht hadden. Als afsluiter openden ze nog een doos dame blanche van 2l die nog die avond op moest (omdat we geen vriezer hebben). We konden geen stap meer zetten en met een voldaan gevoel kropen we naar onze tent.
Zondagmorgen maakten we een hele lange wandeling langs de kust. Tussen enkele rotsen en in de duinen zagen we enkele al goed volgroeide pinguinkuikentjes. We probeerden zo voorzichtig mogelijk te zijn om ze zo weinig mogelijk stress te bezorgen (wat niet van alle toeristen gezegd kon worden). In de vroege avond reden we richting Melbourne en sliepen op een restarea zo`n 60km ervandaan.
Donderdag reden we van Lakes Entrance richting Wilson promotory national park. Het was een lange rit, maar onderweg bezochten we een vogelreservaat en zochten verfrissing in de zee. `s Avonds BBQ-den we op een rest area in Yanakee met alles erop en eraan. Vrijdagmorgen reden we dan het park binnen en maakten een wandeling naar 1 van de prachtige afgelegen baaien. Hier snorkelden we wat en speelden in de golven. Bij een spelletje onderbroek werpen (om ze eens uit te wassen:-), wonnen de golven en verdween mijn onderbroek naar de diepere delen van de oceaan...(dank u Tom) Nadien stapten we terug naar ons buske om te pick nicken. Hierbij kregen we gezelschap van enkele schooiende parkieten. Ze kwamen zelfs op onze schouder zitten om een stukje mee te eten. Als dank kregen Jakke en ik een ander geschenkje op onze schouder... stank voor dank... Na de middag beklommen we de Mount Oberon (558m) en zaten we zelfs boven de wolken. Bij het afdalen zagen we onze eerste grote slang op Australische bodem.
De volgende morgen reden we naar Philips eiland. Een klein eilandje zo`n 120km van Melbourne. Het eiland is gekend omdat het de grootste kolonie aan fairy pinguins bezit (de kleinste pinguinsoort). Elke dag na zonsondergang komen honderden dwergpinguins na een dagje jagen terug aan land op hetzelfde strand. Ook ligt er voor de kust een klein rotseilandje (Seal Rock) met de grootste zeehondenkolonie van Australie (zo`n 18000 stuks). Omdat we pas redelijk laat aankwamen, moesten we deze ontmoetingen wel nog een dagje uitstellen. Gelukkig moest er wel nog iets anders gevierd worden. Jakke was die dag 1 jaar samen met zijn liefste vriendinnetje Melissa. Tom en Kim hadden via haar de opdracht gekregen om eens lekker te koken voor hem (en ook een beetje voor mij). Het was ongelooflijk lekker en meer dan genoeg. Zeker omdat we ons niet aan een dessert verwacht hadden. Als afsluiter openden ze nog een doos dame blanche van 2l die nog die avond op moest (omdat we geen vriezer hebben). We konden geen stap meer zetten en met een voldaan gevoel kropen we naar onze tent.
Zondagmorgen maakten we een hele lange wandeling langs de kust. Tussen enkele rotsen en in de duinen zagen we enkele al goed volgroeide pinguinkuikentjes. We probeerden zo voorzichtig mogelijk te zijn om ze zo weinig mogelijk stress te bezorgen (wat niet van alle toeristen gezegd kon worden). In de vroege avond reden we richting Melbourne en sliepen op een restarea zo`n 60km ervandaan.
Donderdag 22/2 tot zondag 25/2: Natuurparken en dwergpinguins
Donderdag reden we van Lakes Entrance richting Wilson promotory national park. Het was een lange rit, maar onderweg bezochten we een vogelreservaat en zochten verfrissing in de zee. `s Avonds BBQ-den we op een rest area in Yanakee met alles erop en eraan. Vrijdagmorgen reden we dan het park binnen en maakten een wandeling naar 1 van de prachtige afgelegen baaien. Hier snorkelden we wat en speelden in de golven. Bij een spelletje onderbroek werpen (om ze eens uit te wassen:-), wonnen de golven en verdween mijn onderbroek naar de diepere delen van de oceaan...(dank u Tom) Nadien stapten we terug naar ons buske om te pick nicken. Hierbij kregen we gezelschap van enkele schooiende parkieten. Ze kwamen zelfs op onze schouder zitten om een stukje mee te eten. Als dank kregen Jakke en ik een ander geschenkje op onze schouder... stank voor dank... Na de middag beklommen we de Mount Oberon (558m) en zaten we zelfs boven de wolken. Bij het afdalen zagen we onze eerste grote slang op Australische bodem:
De volgende morgen reden we naar Philips eiland. Een klein eilandje zo`n 120km van Melbourne. Het eiland is gekend omdat het de grootste kolonie aan fairy pinguins bezit (de kleinste pinguinsoort). Elke dag na zonsondergang komen honderden dwergpinguins na een dagje jagen terug aan land op hetzelfde strand. Ook ligt er voor de kust een klein rotseilandje (Seal Rock) met de grootste zeehondenkolonie van Australie (zo`n 18000 stuks). Omdat we pas redelijk laat aankwamen, moesten we deze ontmoetingen wel nog een dagje uitstellen. Gelukkig moest er wel nog iets anders gevierd worden. Jakke was die dag 1 jaar samen met zijn liefste vriendinnetje Melissa. Tom en Kim hadden via haar de opdracht gekregen om eens lekker te koken voor hem (en ook een beetje voor mij). Het was ongelooflijk lekker en meer dan genoeg. Zeker omdat we ons niet aan een dessert verwacht hadden. Als afsluiter openden ze nog een doos dame blanche van 2l die nog die avond op moest (omdat we geen vriezer hebben). We konden geen stap meer zetten en met een voldaan gevoel kropen we naar onze tent.
Zondagmorgen maakten we een hele lange wandeling langs de kust. Tussen enkele rotsen en in de duinen zagen we enkele al goed volgroeide pinguinkuikentjes. We probeerden zo voorzichtig mogelijk te zijn om ze zo weinig mogelijk stress te bezorgen (wat niet van alle toeristen gezegd kon worden). In de vroege avond reden we richting Melbourne en sliepen op een restarea zo`n 60km ervandaan.
Donderdag reden we van Lakes Entrance richting Wilson promotory national park. Het was een lange rit, maar onderweg bezochten we een vogelreservaat en zochten verfrissing in de zee. `s Avonds BBQ-den we op een rest area in Yanakee met alles erop en eraan. Vrijdagmorgen reden we dan het park binnen en maakten een wandeling naar 1 van de prachtige afgelegen baaien. Hier snorkelden we wat en speelden in de golven. Bij een spelletje onderbroek werpen (om ze eens uit te wassen:-), wonnen de golven en verdween mijn onderbroek naar de diepere delen van de oceaan...(dank u Tom) Nadien stapten we terug naar ons buske om te pick nicken. Hierbij kregen we gezelschap van enkele schooiende parkieten. Ze kwamen zelfs op onze schouder zitten om een stukje mee te eten. Als dank kregen Jakke en ik een ander geschenkje op onze schouder... stank voor dank... Na de middag beklommen we de Mount Oberon (558m) en zaten we zelfs boven de wolken. Bij het afdalen zagen we onze eerste grote slang op Australische bodem:
De volgende morgen reden we naar Philips eiland. Een klein eilandje zo`n 120km van Melbourne. Het eiland is gekend omdat het de grootste kolonie aan fairy pinguins bezit (de kleinste pinguinsoort). Elke dag na zonsondergang komen honderden dwergpinguins na een dagje jagen terug aan land op hetzelfde strand. Ook ligt er voor de kust een klein rotseilandje (Seal Rock) met de grootste zeehondenkolonie van Australie (zo`n 18000 stuks). Omdat we pas redelijk laat aankwamen, moesten we deze ontmoetingen wel nog een dagje uitstellen. Gelukkig moest er wel nog iets anders gevierd worden. Jakke was die dag 1 jaar samen met zijn liefste vriendinnetje Melissa. Tom en Kim hadden via haar de opdracht gekregen om eens lekker te koken voor hem (en ook een beetje voor mij). Het was ongelooflijk lekker en meer dan genoeg. Zeker omdat we ons niet aan een dessert verwacht hadden. Als afsluiter openden ze nog een doos dame blanche van 2l die nog die avond op moest (omdat we geen vriezer hebben). We konden geen stap meer zetten en met een voldaan gevoel kropen we naar onze tent.
Zondagmorgen maakten we een hele lange wandeling langs de kust. Tussen enkele rotsen en in de duinen zagen we enkele al goed volgroeide pinguinkuikentjes. We probeerden zo voorzichtig mogelijk te zijn om ze zo weinig mogelijk stress te bezorgen (wat niet van alle toeristen gezegd kon worden). In de vroege avond reden we richting Melbourne en sliepen op een restarea zo`n 60km ervandaan.
woensdag, februari 21, 2007
VRIJDAG 16 t.e.m. WOENSDAG 22 FEBRUARI: THE SNOWY MOUNTAINS
Vrijdag brachten we heel de dag door in Cooma. We zaten lang op internet (want Kim en Tom hadden veel in te halen) en sloegen onze voedselvoorraad in voor de komende dagen.
Zaterdagvoormiddag hebben we ons op een camping gezet in het centrum van Cooma. Meestal kamperen we gratis op een campsite of restarea, maar om de 3-4 dagen nemen we een betaalcamping waar we ons eens kunnen douchen en de koelelementen van de koelbox kunnen invriezen. Overdag hebben we niet veel uitgestoken want het was veel te warm. Maar 's avonds zijn we naar een rodeo gaan kijken. Veel marginaal volk met cowboybotten en nen hoed, bier, vettige eetkraampjes,... een beetje gelijk een boerenkermis in Belgie. Vanaf 14u begon er een competitie in verschillende disciplines: bull riding, horse riding, lasso werpen, kleine stier omleggen en barrel racing. Spijtig genoeg was er geen amateurcompetitie, anders hadden we de Jelle zeker ingeschreven bij het bullriden! Het was heel spectaculair en er vielen zelfs enkele lichtgewonden. Gelukkig bleven de beesten gespaard. Om 20.30u vond de finale plaats en daarna ging iedereen naar huis.
Zondag trokken we naar Jindabyne (in de winder een skistadje in de Snowy Mountains). We wilden er wandelen, maar het begon serieus te regenen. We besloten dan maar naar de plaatselijke cinema te gaan. We keken er naar Blood Diamond, een supergoeie film over diamantenhandel en burgeroorlog in Sierra Leone. Na de film was het weer opgeklaard. We namen nog een frisse duik in Lake Jindabyne en daarna reden we Kosciuszko National Park binnen. Daar sliepen we midden in de natuur (en we hebben er onze eerste wombat gespot).
Maandag stonden we vroeg op en begaven we ons naar de Charlotte Pass. Hier vertrekt een wandelroute naar Australie's hoogste berg: Mount Kosciuszko (2228m). We wandelden door schitterende alpenlandschappen, staken de bekende Snowy River over en zonder veel moeite bereikten we 's middags de top. Met 21km in de benen reden we terug naar Cooma.
Vandaar reden we dinsdag naar Cape Conran National Park en omgeving. De vorige dag stonden we op het dak van Australie, en nu weer met onze voeten in de oceaan.
Woensdag reden we naar Lakes Entrance via een 'tourist drive' (zijsprongetjes van de grote autowegen). Je kan er rustig door de natuur rijden en op tijd kan stoppen voor enkele van de vele bezienswaardigheden.
donderdag, februari 15, 2007
Maandag 12 tot Donderdag 15/2: Canberra en omgeving
Het regende nog steeds en het bleef koud dus we beslisten de blue mountains te verlaten. We reden richting Canberra (de hoodfdstad) en op nen tourist highway bezochten we de Nepean dam. We stopten met ons busje op een restarea tussen Goulburn en Canberra. Daar was het droog, maar nog steeds koud en er stond een stevige wind. We keken uit op een enorme vlakte en het duurde niet lang voor we onze eerste grote kangoeroe op zo`n 10m van ons te zien kregen. Dinsdagochtend moesten we nog maar een klein stukje rijden tot in Canberra. Daar brachten we een bezoek aan the Australian War memorial. Een enorm museum dat handelt over de oorlogsgeschiedenis van Australie en met veel beeldmateriaal en op een interactieve wijze de bezoeker een hele dag kan bezig houden.
Woensdagvoormiddag gingen we de politieke tour op. We kregen een rondleiding in het Parliament House en kregen we de Australische premier en de Finse president te zien (ale da denken we toch). In de namiddag bezochten we dan het Nationaal Museum, weer een supergroot en heel modern museum dat ons meer vertelde over het land Australie, de aboriginals en de kolonisatie. Vandaag was het ook valentijn en voor deze gelegenheid dachten we het verliefde koppeltje eens goed te verwennen met een romantisch dineetje! We haalden onze beste kookkunsten boven en toverden een 3 gangen menu op tafel. Eerst serveerden we ze lookbroodjes met tomaat en mozarella. Het hoofdgerecht was kangoeroesteak in championsaus en kroketten en het dessert was vanillepap speciaal voor den Tom (zoals op bivak). De romantiek droop eraf, Kim en Tom werden bediend aan een tafel op een rugbyveld onder een adembenemende sterrenhemel. Uiteraard waren we het kaarslicht en de gepaste muziek niet vergeten en natuurlijk ook de wijn niet. Die sfeer sloeg lichtjes om toen er, tijdens het hoofdgerecht, 2 zatte Australiers arriveerden. Tommy en Ryan waren behoorlijk foute kerels. Enkele van hun hobby`s waren rodeo, boksen en kangoeroes afknallen of omverrijden, dus dat zegt al genoeg. Het waren wel sympathieke mannen en de rest van de avond hebben we veel gelachen en gezeverd.
Donderdag konden we kangoeroes gaan schieten met Tommy en Ryan. Hoewel deze beestjes hier een plaag kunnen zijn (omdat ze 2 maal zoveel gras als een normaal schaap eten en omdat ze de omheiningen beschadigen) konden we dat echt wel niet over ons hart krijgen. We zijn dan maar terug naar Canberra gereden, waar we nog een uurtje rondhingen in het nationaal museum omdat we woensdag niet alles hadden gezien. Het positieve aan al die museumbezoeken (het was wel wat veel voor drie dagen, maar veel meer was er nu toch ook niet te zien in Canberra) is dat alles gratis was en uiteindelijk hebben we toch wel veel bijgeleerd over het land waar we nu nog zo`n 7 weken gaan rondtrekken. `S avonds zetten we onze reis verder richting Cooma het centrum van de Snowy mountains.
zondag, februari 11, 2007
DONDERDAG 8 t.e.m. ZONDAG 11 FEBRUARI: AANKOMST IN AUSTRALIE
Om 6.30u landden we in Sydney. Kim en Tom stonden ons al op te wachten met hun witte busje. Na de hartelijke verwelkoming vertrok het A-team naar een camping in het Royal National Park, ten zuiden van Sydney. De rest van de dag rustten we uit van de vermoeiende reis, en maakten we ons eerste plonske op het zuidelijk halfrond. Vanaf nu ziet onze reis er helemaal anders uit. We slapen telkens in een tentje naast de bus en we koken zelf. Overdag trekken we de natuur in of rijden we naar onze volgende bestemming. We zien dit kampeerleven volledig zitten!
Vrijdag maakten we een grote wandeling in Sydney. Coole stad! 's Avonds reden we naar The Blue Mountains National Park, waar we overnachtten.
Zaterdag gingen we wandelen in het ongeloofelijk grote en mooie park. We bezochten onder andere de Wenthworth Falls.
Zondag waren we ook van plan om te gaan wandelen, maar het regende gelijk zot. We hadden dus geen andere keuze dan naar de pub te gaan en onze eerste Australische pint te gaan proeven.
skyline in Sydney
Wentworth Falls
Australische Televil
DINSDAG 6 EN WOENSDAG 7 FEBRUARI: AFSCHEID VAN ZUID-OOST-AZIE
Op onze laatste avond in Bangkok lieten we ons nog eens goed verwennen. Eerst lieten we ons op thaise wijze masseren en daarna gingen we (nu het nog goedkoop was) een laatste keer op restaurant.
Om 23.30u kregen we bezoek van onze vrienden Jean en Indo (die net geland waren in Bangkok). Ze waren van plan om 3 maanden te gaan snowboarden in Japan, maar het was daar niet echt de moeite om 3 maanden te blijven, dus kwamen ze enkele weken rondtrekken in Thailand en omstreken. We praatten wat bij en daarna hebben we een stevig stapje gezet tot in de ochtend.
Woensdag namen we samen nog ontbijt. Na de middag moesten we helaas al afscheid nemen van onze maten en vertrokken we naar de luchthaven. Om 17.25u steeg ons vliegtuig richting Australie op...
Jean en Indo aan de ontbijttafel
dinsdag, februari 06, 2007
ZATERDAG 3 TOT MAANDAG 5 FEBRUARI: LAATSTE DAGEN IN BANGKOK
Zaterdagmiddag namen we de bus in Battambang. We staken de grens over om 16u en on 20u waren we in Bangkok. Daar hebben we de laatste voorbereidingen getroffen voor de trip onze trip naar Australie: valiezen uitgemest, was laten doen, wat spullen gekocht en verkocht,...
Daarnaast hebben we voor een laatste keer geprofiteerd van het goedkope leven hier. We gingen uit naar onze favoriete club en lieten ons gaan in de McDonalds (wat ondertussen traditie geworden is).
Valiezen uitmesten
Dit postpakket naar huis zal 3 tot 4 maanden onderweg zijn
vrijdag, februari 02, 2007
Ma 29/1 t.e.m vr 2/2: De tempels van Angkor
Een bezoek aan de tempels van Angkor was de volgende stap in onze reis doorheen Cambodia en zeker niet te missen. Angkor was de vroegere hoofdstad tijdens het hoogtepunt van het Khmer rijk, dat stand hield van de 8e tot de 13de eeuw A.D. Verschillende koningen, die vereerd werden als een godheid, lieten reuzachtige tempelcomplexen bouwen om hun macht te tonen. Zowel het boedhisme als het hindoeïsme hebben de bouwwerken beïnvloed. In zijn glorieperiode telde Angkor meer dan 1 miljoen inwoners, terwijl Londen in die tijd er met zijn 50.000 inwoners niet veel tegen voorstelde. Vanaf de 13e eeuw ging het alleen nog bergaf door slecht bestuur, hongersnood,... De stad werd verlaten en de jungle overgroeide de talrijke stenen tempels. Tot op vandaag zijn deze ruïnes relatief goed bewaard gebleven.
Normaal zouden we maandag al beginnen met ons driedaags bezoek aan de tempels, maar we namen een extra rustdag om eerst de omgeving nog eens te verkennen. In de namiddag reden we met ons fietske toch al richting Angkor om ons ticket te gaan halen. We mochten zelfs al vanaf 17uur met ons bezoek starten. Dus reden we door naar de tempel der tempels: Angkor Wat, waar we genoten van een mooie zonsondergang.
De volgende 3 dagen hebben we redelijk wat kilometers afgelegd om de tempels in de omgeving te bezoeken, en nog hebben we ze niet allemaal kunnen zien. Het was zeker de moeite en heel indrukwekkend, maar drie dagen waren wel genoeg! Buiten Angkor thom kon niets meer tippen aan Angkor Wat dus ons hoogtepunt hadden we de eerste dag al gehad! Gelukkig konden we ons af en toe eens ontspannen door met de aapjes te spelen. De deugenieten hebben ons de tweede dag wel goed liggen gehad toen ze er met een slimme list in geslaagd waren om ons brood te pikken en de bomen in te vluchten. Ons brood kregen we niet meer terug, want onze katapult waren we vergeten, maar we namen wel enkele leuke foto's! Ook heel interessant was ons bezoek aan het landmijn museum. Hier kregen we allerlei soorten (ontmantelde) mijnen te zien, net als heel wat info over de problemen die de ontelbare landmijnen en andere niet ontplofte voorwerpen in dit land te weeg brengen.
Als afsluiter brachten we nog een laaste bezoek aan Angkor Wat en als beloning voor ons zelf gingen we `s avonds een klein stapke zetten. We kwamen terecht in een Khmer club, waar we ons eerste Belgische biertje dronken sinds ons vertrek: natuurlijk was het stella. Het smaakte, maar eerlijk gezegd hadden we hier toch al betere bieren gedronken. Lang zijn we wel niet gebleven, want om 5u30 moesten we al weer opstaan om de boot naar Battambang te nemen. Eerst vaarden we over Tonle sap (het grootste zoetwatermeer van Zuid-Oost Azië en ecologisch en economisch heel belangrijk) en dan via kleinere waterwegen naar de eindbestemming. De tocht was heel spectaculair, omwille van het ondiepe water en de vele bochten in het traject! We gingen enkele keren uit de bocht en crachten bijna op een ander bootje. Ook de golven van onze grotere boot overspoelden net niet de kleinere vissersbootjes. We zagen wel prachtige natuur en enkele zeldzame watervogels en passeerden ook enkele `floating villages`. In deze drijvende dorpjes kon je echt alles op vlotjes terugvinden, van schooltjes, tot kapsalons, tot kerken, tot basketbalvelden en zelfs een vlot waar ze varkens op hielden. Na een tocht van 8 uur kwamen we heelhuids aan in Battambang en zochten we een guesthouse.